De illusie van de digibordmethode

Het digibord kwam, zag en overwon. Zelden is een nieuw en innovatief medium zo snel op grote schaal in de klas beland. En we mogen er blij mee zijn. Mede door dit bord is het mogelijk om het leren dichter bij de belevingswereld van kinderen te leggen. Tevens is de didactische meerwaarde, mits goed gebruikt, aanzienlijk. Deze meerwaarde ontstaat met name als het bord gebruikt wordt om het interactief leren in de groep te versterken. Hoe dit bijvoorbeeld kan gebeuren is terug te zien in de discussiefilm 'Interactiever leren met het digibord'.

Regelmatig kom ik mensen tegen die het digibord zien als een hype die van voorbijgaande aard is. Niet functionele nieuwigheid heet het dan al gauw. Bij mezelf merk ik het tegenovergestelde. Kom ik in een klaslokaal zonder digibord, dan krijg ik het gevoel dat de klok er stil gestaan heeft.

Toch snap ik wel een beetje wat mensen met de hype digibord kunnen bedoelen. Vaak gaat het dan niet meer om het bord zelf, maar om randzaken die ermee samenhangen. De nieuwste hiervan is de zogenaamde digibordmethode. Onderwijsleerpakketten die volledig gedragen worden door het digitale schoolbord dus. Spontaan komt bij mij de vraag op of u ooit gehoord heeft van krijtbordmethoden? Nee dus. Waarom niet? Omdat het gewoon niet kan. En voor het digibord geldt hetzelfde.

Laten we even heel simpel stellen dat een methode een volledig uitgewerkt en direct bruikbaar pakket met educatieve content is. Met als ultieme doelen het doelgericht laten leren van leerlingen / studenten en het effectief lesgeven door leerkrachten / docenten. Een goede methode biedt daartoe multimediale kant en klare leerstof, een uitgewerkte didactiek en handreikingen voor goede klassenorganisatie. Bij dit laatste punt speelt het omgaan met verschillen tussen leerlingen een enorm belangrijke rol.

Wat een methode zal moeten bieden, is veel breder dan wat een digibord kan dragen. Als zo'n digibordmethode inderdaad volledig draait om het digitale schoolbord, dan wordt van een middel een doel gemaakt. Het onderwijs wordt opgehangen aan één medium. Vervolgens worden alle didactische en organisatorische hoofdzaken ondergeschikt gemaakt aan het gebruik van dit medium. Vooral voor het effectief omgaan met verschillen is dit funest. Allemaal altijd op hetzelfde moment op hetzelfde bord naar dezelfde leerstof gaan kijken en luisteren, kan niet de bedoeling zijn. Het doet teveel terugdenken aan het klassikale, frontale massaonderwijs waar veel scholen juist afscheid van genomen hebben.



Ook 'digibordmethoden' moeten iets met de verwerking van leerstof en bieden dan vaak een woud aan kopieerbladen aan. Veel leerkrachten / docenten zijn daar niet blij mee. Als je vraagt waarom niet, is het antwoord dat het zo'n gedoe wordt. Het is inderdaad niet niks om een compleet bos bij elkaar te kopiëren en te verspreiden.

Maar hoe moet het dan wel in een tijd dat de digitalisering doorzet en het boek slechts een van de mogelijkheden is? Eigenlijk is het heel simpel. Zet niet een nieuw medium centraal, maar vertrek vanuit de leerlingen. Wat hebben zij nodig en hoe kan aan hun onderlinge verschillen in onderwijsbehoeften tegemoet worden gekomen? Alle antwoorden zullen gaan in de richting van de methode als rijke leeromgeving. Digitaal en op papier, met leerstof op verschillende niveaus, steunend op een krachtige didactiek en een haalbare organisatie. Het digibord zal hierbij een belangrijke pijler zijn, maar nooit het centrale uitgangspunt.

Mee eens of juist niet. Laat het weten door te reageren op dit bericht. Samen weten we meer.